Dat blijkt uit een brief van de ministers Jeroen Dijsselbloem (Financiën) en
Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken). De afspraken vloeien voort uit het
regeerakkoord van VVD en PvdA, maar gemeenten en provincies hadden flink
moeite met een aantal maatregelen daarin. De voorzitters van de provincies,
gemeenten en waterschappen leggen het onderhandelingsresultaat met een
positief advies voor aan hun achterban.

Onderhandelingen tussen kabinet en de medeoverheden heeft ertoe geleid dat
gemeenten, provincies en waterschappen ook bijdragen aan het terugdringen
van het begrotingstekort, maar dat ze dat minder fors doen dan in het
regeerakkoord voorgesteld. Daarnaast worden de medeoverheden verplicht om
geld dat ze (tijdelijk) over hebben op een spaarrekening bij het Rijk te
zetten. Sparen bij een IJslandse bank of risicovol beleggen is er dan niet
meer bij.

Het zogenoemde schatkistbankieren leidt behalve tot minder risico’s voor
gemeenten en provincies ook tot een lagere staatsschuld. Eind dit jaar moet
die door de afspraken 6 miljard euro (1 procent van het bruto binnenlands
product) lager zijn.

Op langere termijn, als de huidige meerjarige beleggingen van de decentrale
overheden aflopen, groeit het effect tot naar verwachting 17 tot 20 miljard
euro. Op verzoek van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), het
Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW) is
afgesproken dat de medeoverheden onder bepaalde voorwaarden ook aan elkaar
kunnen uitlenen.

Het kabinet heeft de voorgenomen afschaffing van het BTW-compensatiefonds
laten vallen. De medeoverheden hadden daar fel tegen geprotesteerd. De
beoogde bezuiniging (550 miljoen euro per jaar) is niet van de baan, die
wordt nu door het rijk binnengehaald via een structurele korting op het
Gemeente- en Provinciefonds. Het BTW-compensatiefonds, dat de afgelopen 10
jaar in omvang is verdubbeld, wordt gemaximeerd.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl